De publieke tribune was gisteren druk bezet toen de raadscommissie Economische Zaken zich boog over de nieuwe marktverordening, een lange stoet kooplui had zich aangemeld als inspreker. Officieel kregen ze elk twee minuten spreektijd, maar een koopman ontneem je het woord niet zo makkelijk: ‘Ho, ho, mijnheer de voorzitter, ik sta op twee markten, dus dan heb ik gewoon recht op vier minuten.’
Toch was de sfeer ontspannen: de meeste insprekers waren opgelucht dat de markten na acht jaar eindelijk meer ruimte krijgen om te experimenteren. Als ze dat willen, zoals op de Dappermarkt, mogen ze zelfs privatiseren.
Kritiek was er uiteraard ook. Veel kooplui hekelden de gebrekkige handhaving van de regels, onder andere doordat het centrale Marktbureau en de stadsdelen niet goed samenwerken. Volgens Tine Withagen, secretaris van de Belangenvereniging Noordermarkt op Zaterdag, zit tussen die twee ‘een groot grijs gat waar elk signaal in verdwijnt’. Wethouder Kajsa Ollongren beloofde binnen drie maanden met verbeteringen te komen.
Overigens bleek ook dat handhaving de markt soms geen goed doet: op de Bos en Lommermark werd altijd gedoogd dat kooplui minder dan de verplichte drie dagen per week op de markt staan en nu dreigen die hun vaste plaats te verliezen. Gevolg is dat de markt, waar toch al de helft van de kramen onbezet is, nog verder leegloopt, zo schreven de kooplui in een gezamenlijke protestbrief.
Over de positie van de marktcommissies blijft de nieuwe verordening vaag, die zal pas later worden ingevuld. Martin Kelch, voorzitter van de Ten Katemarkt, pleitte alvast voor meer bevoegdheden, ‘want wij krijgen wel overal de schuld van, maar we hebben niets te vertellen.’
Een aantal markten heeft nu zelfs helemaal geen commissie van kooplui. De wethouder beloofde zich maximaal in te spannen om te zorgen dat elke markt zo’n commissie krijgt, maar wil die niet opleggen: ‘Het moet vanuit de markt zelf komen.’ Een verplichte driejaarlijkse herindeling zou volgens veel kooplui helpen: ‘dan heb je een stok achter de deur om de koppen bij elkaar te steken.’
De nieuwe verordening is volgens de CVAH, de Centrale Vereniging van de Ambulante Handel, pas het begin: per markt moet er een plan komen dat inspeelt op de kansen en problemen. Noord heeft daarop al een voorschot genomen: stadsdeel en kooplui werken sinds begin december aan vernieuwing van de markt op het Buikslotermeerplein. Rob Jeursen van stadsdeel Noord kreeg van Economische Zaken de boodschap dat ‘geld voor een goed plan wel te vinden is.’ En dat is nodig, want twee van elke drie kramen staat daar nu leeg.
Zie ook de Markgids voor Amsterdam, die vorige maand verscheen.