Ratten bijten elkaar dood als ze met velen in een kleine ruimte verkeren. Mensen niet, die schikken en plooien, overleggen en ruziën, bedisselen en regelen. Deze week in een 18-delige serie over de strijd om de ruimte: de bouwketen van de Amsterdamse metro.
Volstrekt neutraal kijken de vijf leden van de Beklagcommissie Inspraak voor zich uit terwijl bewoners van de Amsterdamse Warmoesstraat hun grieven toelichten. De bewoners zijn boos over de wand van bouwketen die hun uitzicht zal blokkeren tijdens de aanleg van de Noord-Zuidlijn, de nieuwe metro van Amsterdam. Maar daarover mogen ze het nu niet hebben, officieel is het onderwerp van deze vergadering het ontbreken van formele inspraak óver die bouwketen. De vergadering verloopt uiterst kalm en correct, er is geen sprake van de heftige taferelen die de aanleg van metro in de jaren zeventig kenmerkten en die de geboorte van de inspraak markeerden.
In de afgelopen kwart eeuw heeft de overheid dan ook wel het een en ander geleerd, er is een circuit van inspraakavonden, voorposten en communicatiemanagers in het leven geroepen. Maar wat te doen met tijdelijke voorzieningen als containers waar bouwvakkers hun boterhammen eten, waar materiaal ligt opgeslagen en waar opzichters kantoor houden? De komst daarvan dacht het projectbureau Noord-Zuidlijn tussen neus en lippen mee te kunnen delen aan de buurt, op de informatieavond kwamen dan ook maar drie bedrijven en één bewoner. Pas maanden later drong tot de buurt door dat het ging om een bouwwerk van 110 meter lang, 17 meter breed en 10 meter hoog. Ook de ‘tijdelijkheid’ bleek slikken: zeven jaar is per slot van rekening een flinke tijd. Het containerplatform moet verrijzen in het Damrak, het brede water tussen Centraal Station en de Beurs van Berlage, waar ook de startschacht voor de metro komt. Van hieruit zal de tunnelboormachine zich een ondergrondse weg banen naar de Pijp.
Nu hebben de bewoners van de Warmoesstraat achter nog een weids zicht over het water, straks staat er op zeven meter van hun huizen een containerwand. Om deze ‘Berlijnse Muur’ tegen te houden, richtten bewoners en ondernemers het actiecomité Natte Damrak op dat afgelopen jaar twee nieuwe inspraakvergaderingen afdwong. Of waren het informatieavonden, zoals het projectbureau volhoudt? ‘U heeft wel een beetje in uw eigen been geschoten’, zegt voorzitter Jannie Alkema tegen de vertegenwoordiger van het projectbureau, ‘in uw verweer rept u zelf nog van “inspraak”. Dat schept verwachtingen bij burgers.’
Maar het projectbureau is onvermurwbaar: het gaat om een tijdelijke bouwvergunning en die valt niet onder de Inspraakverordening, maar onder het Bestuursrecht. En dus hebben bewoners nu al de mogelijkheid om naar de rechter te stappen als ze het er niet mee eens zijn. ‘Belachelijk’, vindt bewoonster Helma Hellinga, die zich ondertussen fulltime actievoerster noemt, ‘als jullie in dit stadium zouden luisteren kun je onze alternatieven nog meenemen. Zo wordt het buigen of barsten.’
Toch heeft het projectbureau wel degelijk iets gedaan met de reacties van de bewoners. Het platform is verkleind waardoor het aantal geblokkeerde huizen afnam van veertien naar vijf, de hoogte werd teruggebracht tot 6,5 meter. Daarvoor is het wel nodig dat er ‘op loopafstand’ extra kantoorruimte wordt gehuurd voor de opzichters, een financiële tegenvaller voor de toch al geplaagde metrobouwers. Met deze inkrimping is voor hen de kous af, alternatieve locaties zijn volgens het projectbureau onmogelijk in verband met de veiligheid: ‘U leest in de krant wanneer de bouwaanvraag ter visie wordt gelegd, als die u niet bevalt kunt u naar de rechter stappen.’ Onderhuids is de irritatie zo hoog opgelopen dat het projectbureau niet meer bereid is om te verklappen of er nu wel of geen puntdak op het platform komt, hetgeen een forse verhoging zou betekenen.
‘Wanneer zouden jullie wel tevreden zijn geweest?’ vraagt voorzitster Alkema tot slot aan de klagers. Maar de hoogopgeleide bewoners laten zich niet verleiden om de ‘not in my backyard’-kaart te spelen; bereidheid en inschikkelijkheid tonen is tactisch veel verstandiger. Dus zeggen ze: ‘Als ze nu eens bij ons zouden komen kijken hoe het er echt uitziet.’ En: ‘Als ze onze alternatieven echt zouden bestuderen en werkelijk met ons zouden overleggen. Net zoals met de reders van de rondvaartboten, die kregen wel van te voren inspraak.’ Want uiteindelijk willen de bewoners de containers natuurlijk niet in hun backwater.
Begin oktober zal de commissie uitspraak doen, daarna moet de gemeenteraad zich erover uitspreken. De bewoners hebben er weinig fiducie in en na de vergadering bespreken ze de mogelijkheden die nog resten. Het projectbureau blijkt de vergunning uiteindelijk niet voor zeven jaar aan te vragen maar slechts voor vijf jaar, aangezien dat de maximale ontheffing is die het bestemmingsplan kent: ‘Als we nu kunnen aantonen dat ze dat nooit zo snel redden, elke tunnel in Nederland loopt uit.’ Misschien biedt de inboedelverzekering een aanknopingspunt, want door het containerplatform kan de blusboot van de Amsterdamse brandweer er niet bij. En de geluidsoverlast van de werkplaatsen op het platform, is daar niets mee te doen?
Want inspraakverordening of geen inspraakverordening, de burger knokt voor zichzelf. En Helma Hellinga droomt van het uitzicht op het Damrak in vroeger dagen. In haar kamer hangt een foto uit 1896, toen zelfs de Beurs van Berlage er nog niet stond. Lelijk vindt ze dat gebouw niet, integendeel, maar hoeveel weidser was toen het Damrak.