Eindelijk heeft Nederland een snelwegkapel, een Russisch-orthodoxe nog wel. Het begon als als kunstwerk, maar nu is het een gewijde ruimte. Nu nog een snelwegmoskee.
Duitsland heeft ze al bijna vijftig jaar, snelwegkerken waar de gehaaste automobilist even tot bezinning kan komen. Soms zijn ze gehuisvest in een bestaand kerkje onder aan de afslag, maar meestal zijn ze speciaal voor de snelweg ontworpen en gebouwd. In 2001 lieten de Straßenverkehrsgenossenschaften zelfs een standaardtype vervaardigen, een achthoekige kapel met een tentvormig dak.
Sinds afgelopen maandag heeft ook Nederland een snelwegkerk, op parkeerplaats Vundelaar aan de A1, tussen Deventer en Apeldoorn. ‘Kapel van de Heilige Moeder Gods Hodigtria’ staat op het houten kapelletje. De eerste twee verdiepingen doen nog denken aan een schuurtje uit een tuincentrum, maar de zilveren ui en het dubbele kruis daarboven laten geen misverstand bestaan over de Russisch-orthodoxe afstamming. Het opschrift blijkt een spelfout te bevatten: er had Hodigitria moeten staan, ‘Zij die de weg wijst’.
Laurens Schrijnen, hoofd Rijkswaterstaat Oost-Nederland, is niet blij met de snelwegkapel op zijn parkeerplaats. Niet omdat hij bang is dat de scheiding van kerk en staat geweld aan wordt gedaan, maar omdat hij geen publiek naar de parkeerplaats wil trekken. ‘Wij zijn er voor de verzorging van mens en auto.’ Geestelijke verzorging blijkt daar niet onder te vallen. Waarom heeft hij dan toch toestemming gegeven en is hij zelfs als sponsor opgetreden? ‘Het is kunst en wij wilden geen spaak in het wiel steken. Bovendien is het tijdelijk.’
O, kunst, dat verklaart alles. In de krant die bij de opening van de kapel werd uitgedeeld staat over de makers: ‘Met hun kritische, humoristische en ook wel ironische blik onderzochten en ontleedden zij de parallelle wereld van de snelweg A1 en creëerden ze een pleisterplaats voor snelwegnomaden.’ Kritiek, humor en ironie – de het heilige drieëenheid van de moderne kunst in de openbare ruimte wordt weer eens van stal gehaald. Maar initiatiefnemer Melle Smets wil van geen kunst weten, laat staan van ironie. ‘Het is wel begonnen al kunstproject, maar we hebben de sleutel officieel overgedragen aan aartspriester Theodoor van der Voort. Die heeft het ingewijd en nu is het dus een echte kapel.’ Smets bedacht de kapel tijdens een dertigurige rit van Tsjernobyl naar Nederland, in een bestelbusje met Wit-Russische autohandelaren. ‘Eens per week huren die gasten een plaats in een busje en rijden in één ruk naar de automarkt in Utrecht. Daar kopen ze allemaal een auto, waarmee ze in één ruk terugrijden.’ Het werd een zwaar-alcoholische tocht. ‘Lieverdjes zijn het niet, eentje probeerde onze tolk aan te randen. Maar als je in het busje met eten knoeit gaan ze meteen in de weer met wetties om hun heiligdom te reinigen.’
Carboys noemt Smets hen: ‘Ze komen de snelweg niet af, zelfs hun eten nemen ze mee van huis in een koelkast die op de sigarettenaansteker zit aangesloten. Eigenlijk zijn zij de echte bewoners van de A1. En wat hun ontbrak was een plek om zich thuis te voelen, en wat is wezenlijker dan religie?’
De aartspriester van Deventer was meteen enthousiast en wijdde de kapel in met kaarsen, wijwater en Russische gezangen. Wodka was er tot zijn spijt niet bij, dat stuitte op een verbod van Rijkswaterstaat. Elke maandag om acht uur wil hij op parkeerplaats Vundelaar een kleine dienst houden, en de mogelijkheid bieden voor een pastoraal gesprek. Wat vindt hij ervan dat
de kapel begin november al weer weg moet? ‘Ik hoop op uitstel, in de lente komt een iconenschilder uit Rusland om het kerkje te beschilderen.’
Rijkswaterstaat zal er nog een kluif aan krijgen om een religieus gebouw te slopen. Maar anderzijds zou bevoordeling van het Russisch-orthodoxe geloof ook tot protesten kunnen leiden. Misschien is het slimmer om juist meer kapellen langs snelwegen te bouwen, langs de lijnen van de verzuiling. Laten we beginnen met een moskee aan de A16, de invalsweg vanuit het zuiden.
Op 7 oktober worden nog vier kunstwerken op Overijsselse parkeerplaatsen geopend. Zie www.kunstenlab.n