• Home
  • Over Tijs vd B
  • Boeken
  • Rotondologie
  • Freelancen
  • English
  • Home
  • Over Tijs vd B
  • Boeken
  • Rotondologie
  • Freelancen
  • English

Watt-lamp

Stekker + draad + fitting = lamp, dat is de formule die ten grondslag ligt aan de Watt-lamp. De draad van een halve meter is stijf en buigzaam tegelijk en kan in elke vorm worden gebogen. Spiralen, haakse bochten en glooiende curves blijven keurig zitten.

Tijs van den Boomen, Intermediair, 5 februari 1998

Stekker + draad + fitting = lamp, dat is de formule die ten grondslag ligt aan de Watt-lamp. De draad van een halve meter is stijf en buigzaam tegelijk en kan in elke vorm worden gebogen. Spiralen, haakse bochten en glooiende curves blijven keurig zitten. De lamp wordt rechtstreeks in het stopcontact gestoken zodat het lijkt alsof ze uit het stekkerblok groeit. ‘Goede ideeën zijn niet zo moeilijk, ik verzin dertig tot veertig producten per jaar’, zegt Henk Stallinga (35). In zijn atelier aan de IJ-oevers staan overal prototypes van lampen, zoals een uitschuifbare tl-buis die je tussen vloer en plafond kunt klemmen en een hanglamp waaraan je moet trekken om hem aan en uit te doen. ‘Mijn prototypes test ik op exposities en in enkele pilot-winkels. De één of twee die komen bovendrijven ontwikkel ik verder. Dat is beter dan duur martktonderzoek.’ Stallinga studeerde aan de Amsterdamse Rietveldacademie, toch moet hij van het kunstenaarschap niet veel hebben. ‘Ik wil me in de winkel meten met andere producten, in museale aankopen ben ik niet zo geïnteresseerd.’

 

‘Het idee voor de Watt-lamp had ik aan een fabrikant kunnen verkopen, maar die wilde allerlei modekleurtjes gebruiken en een schakelaar toevoegen. Terwijl juist de zwarte eenvoud de klasse bepaalt. Ik ben toen zelf wegen gaan zoeken. Geen bank wilde er geld in steken, dus moest ik eerst kleine oplages maken en langzaam opschalen.’

 

In de eerste fase maakt Stallinga de Watt-lamp thuis, dertig stuks per week. Voor de stijf flexibele draad nam hij een standaard geaderd snoer, trok er de aardedraad uit en prutste er een koperdraad in. Al snel was de hulp van vriendjes niet meer genoeg en moest hij een sociale werkplaats inschakelen. ‘Ik verkocht de Watt-lamp bewust alleen via galeries en designwinkels. Mensen kijken daar graag naar spullen, maar kopen is voor de meesten te duur. Mijn lamp kostte maar twintig gulden, zo konden mensen een souvenir uit de galerie kopen.’

 

De volgende stap was draad te laten produceren. ‘Vanaf vijftien kilometer kun je draad laten extruderen: twee stroomdraden en de koperen kern worden in een buitenmantel gegoten.’ De fitting werd vervangen door een lichter model. ‘Om het maximale gewicht te bepalen had ik een heel eenvoudig testje: in een haakse bocht mocht de lamp na een week nog niet zijn doorgebogen. Dat zou immers brandgevaar opleveren. Hoe lichter de fitting, des te langer kon ik de draad maken. En dat is mooier.’

 

De zaken groeiden en het werd economisch haalbaar om een vaste stekker aan de draad te laten gieten, zo’n verbinding gaat viermaal langer mee. ‘In Nederland heb je geen keuring nodig, maar voor de Europese markt zijn zestien keurmerken vereist. Voor het uitzoekwerk heb ik een contractor ingeschakeld. Samen met hem heb ik een variatie op de Eurocontour-stekker ontworpen waaraan de koperen kern kon worden bevestigd.’ Na de keuring van de stekker werd de productie overgebracht naar China.

 

De fitting verving Stallinga door een click cap-model. Schroeven zijn niet meer nodig bij de assemblage, de draden worden er simpelweg ingeprikt. ‘Pas bij een oplage van 10.000 kon ik deze fitting in zwart krijgen. En zwart is voor mij een harde eis.’ Nog is Stallinga niet helemaal tevreden, ook de fitting wil hij aan de draad vast laten gieten. Die zevende en laatste versie van de Watt-lamp verwacht hij pas over enkele jaren.

 

Op het commerciële succes van de lamp kwamen geldwolven af. Voor de distributie ging Stallinga in zee met een zakenpartner die probeerde hem het auteursrecht te ontfutselen. Pas na een bodemprocedure van anderhalf jaar had hij zijn rechten terug. Ondertussen waren andere producenten met het idee aan de haal gegaan. ‘Vier rechtszaken won ik in achter elkaar. Een daarvan was tegen een agrariër die claimde: “Bij ons in Zeeland doen we helemaal niet aan auteursrecht.”’

 

Het succes van de Watt-lamp verbaast Stallinga niet. ‘Mensen willen zich spullen eigen maken, ze zijn ziek van kant-en-klare vormgeving en grote namen. Mijn lamp kunnen ze als halffabrikaat gebruiken, bijvoorbeeld door een boeket Watt-lampen in een stekkerblok te schikken. ’ Zelf vormgeven is ook mogelijk met de ‘Slab’, een product dat Stallinga dit najaar uitbrengt. Op een dunne, buigzame plaat aluminium liet Stallinga rubber aanbrengen. Zo ontstond een grote ‘muismat’ die je in elke richting kunt buigen. Een vaas kan het worden, maar ook een fruitschaal, brievenstandaard of pennenbakje. Stallinga’s gefaseerde aanpak mislukte hierbij. ‘Ik wilde beginnen met kleine series die met de hand werden gelijmd, maar de lijm liet langzaam los. Een ramp was dat. Vulcaniseren [rubber laten uitharden TvdB] bleek de enige mogelijkheid, maar daarvoor moest ik meteen de sprong maken naar een mal van honderdduizend gulden. Gelukkig heb ik tegenwoordig voldoende naam om dat gefinancierd te krijgen.’

 

Share
Tweet
Share
  • Verwante publicaties

    image
    Woordenborden
    NRC Handelsblad, 19 november 2005
    image
    De uithoek haakt aan
    Stad-Forum, 19 april 2021
    image
    Surplace – H+N+S in de jaren nul
    1 april 2021
    image
    ‘Een goedlopend sociaal mechaniekje’
    De Groene Amsterdammer, 19 september 2019
    image
    De binnenstad op de snijtafel
    Het Parool, 8 oktober 2016
    image
    Van mijlsteen naar mijlsteen
    De Groene Amsterdammer, 1 juli 2015

    Copyright 2014 Venus Premium Magazine Theme All Right Reserved.
    Back to top