De Amerikaanse Andrews Sisters werden kort voor de oorlog wereldberoemd met hun hit Bei mir bist du schön. Op een Zeeuwse feestavond voor oorlogsveteranen komt het onvergetelijke stemgeluid van de drie zusjes opnieuw tot leven. De feestavond is net begonnen en het publiek staat massaal in de rij voor het buffet. De blikken zijn gericht op de dampende schalen, bijna niemand heeft oog voor de band die aan haar eerste nummer begint. 'Of all the boys I've known, and I've known some, until I first met you I was lonesome', zingt de middelste zangeres, ondersteund door een jazzy piano, sax en trompet. Mensen praten gewoon door, dat is nu eenmaal het lot van bandjes die op feesten en partijen spelen. En dan vallen de twee andere zangeressen in, driestemmig weerklinkt: 'Bei mir bist du schön, please let me explain.' Het geroezemoes verstomt, hoofden draaien om, vingers knippen, heupen wiegen, voeten beginnen de maat te tikken zonder dat de eigenaar er erg in heeft. Dit zijn onmiskenbaar de Andrews Sisters: drie stemmen in perfecte harmonie, drie verschillende partijen die klinken alsof ze uit één mond opwellen, met een smachtend en tegelijk kwikzilverig geluid. 'Al zeven jaar toerden de Andrews Sisters door Amerika, maar het lukte ze niet om door te breken', vertelt Judith Schut als het nummer is afgelopen. 'Pa kreeg er genoeg van: ze moesten maar een vak gaan leren. Na lang zeuren mochten ze het nog één keer proberen in New York. Ze namen de song 'Bei mir bist du schön' op en dat werd een ongelofelijke hit, die de zussen maakte tot wat ze op de dag van vandaag zijn: wereldberoemd.' Samen met Katrien Verheijden en Juta Bolsius, en begeleid door een vijfkoppige band, brengt Judith de successen van de Andrews Sisters tot leven. In the mood noemen ze zichzelf. Het feest van die avond is georganiseerd door de Zeeuwse Oranjevereniging Oostkapelle ter ere van de 58ste verjaardag van D-Day. Speciale gasten zijn dertien Schotse soldaten die Zeeland mee hebben bevrijd. Hun ogen stralen, licht trillende handen tikken op tafels. De jongste van het stel, de 78-jarige Jim Anderson, maakt een dansje met een klein meisje. 'Schitterend,' vindt hij de muziek, 'veel leuker dan het dagprogramma met al die vliegdemonstraties. Dat deden we in de oorlog zelf beter, met echte bommen.' Ook voor hem is de muziek van de Andrews Sisters voor altijd verbonden met de Tweede Wereldoorlog: de zusters Patty, Maxene en LaVerne zorgden voor het entertainment van de soldaten, hun liedjes verjoegen even de angst en het heimwee. 'Bei mir bist du schön' was een toevalstreffer, eigenlijk was het de B-kant van het plaatje dat de Andrews Sisters in de allerlaatste week van 1937 uitbrachten. Eerst hadden ze het nummer in de oorspronkelijke taal - het jiddisch - gezongen, maar bij nader inzien was de platenbaas bang dat alleen joodse Amerikanen het dan zou kopen en dus werd het nummer snel vertaald. Op een koude ochtend in de eerste dagen van 1938 maakte vader Peter Andrews de zusjes in alle vroegte wakker en sleepte ze mee naar de hoek van 45th Street en Broadway waar het verkeer tot stilstand was gekomen bij een platenzaak die boxen buiten had gehangen. Ze draaiden 'Bei mir bist du schön' en het publiek wilde het nummer steeds opnieuw horen. Patty, die nog twintig moest worden, danste door de menigte en tegen ieder die het wilde horen riep ze: 'Dat zijn zij, dat zijn wij.' Binnen de kortste keren waren er een miljoen platen verkocht, en kregen de Andrews Sisters als eerste damesgroep een gouden plaat. Al bij dit eerste nummer waren de belangrijke mannen uit het leven van de Andrews Sisters betrokken: hun vader die hen met de auto door heel Amerika reed, platenbaas David Kapp die hen alle ruimte gaf, Vic Schoen die het nummer arrangeerde en later hun vaste bandleider zou worden en met Patty trouwde, en tenslotte Lou Levy die het nummer ontdekte en later hun manager zou worden en de echtgenoot van Maxene. Ruim tien jaar lang vormden deze vier mannen de basis waarop de zusjes naar hartenlust konden dartelen. Niet dat de mannen bevriend waren, integendeel, vader Peter bedreigde Levy zelfs met een pistool om te voorkomen dat hij met Maxene zou trouwen. Eind jaren veertig brokkelde het fundament af: vader Andrews en David Kapp overleden, de huwelijken strandden. De spanningen tussen de zussen kregen ineens alle ruimte en de band spatte, tijdelijk, uit elkaar. Maxene zei later dat ze de tol betaalden voor de tredmolen van het succes, ze traden soms elf keer per dag op. In 1956 hervonden ze elkaar in de lol van het muziek maken, maar de rock-’n-roll kwam op en hun gloriedagen waren voorbij. De zussen namen in totaal zeshonderd nummers op, verkochten honderd miljoen platen, maakten zeventien films en hadden meer top-tienhits dan Elvis of The Beatles (46 om precies te zijn). Waarschijnlijk waren de Andrews Sisters de laatste band waar alle generaties samen naar luisterden, jong en oud schaarden zich rond radio en jukebox. Eigenlijk is het vreemd dat je de meeste nummers van de Andrews Sisters al na een paar maten herkent. Dat ligt niet aan de componist, want ze namen altijd bestaande nummers op. Aan een vaste muziekstijl ligt het evenmin, want ze speelden werkelijk alles. Het geheim zit in de harmonie van hun stemmen. Zelf zeiden ze dat ze het geluid nastreefden van drie trompetten: blonde Patty zong de lead, brunette Maxene de sopraan en roodharige LaVerne de contra-alt. Het kostte hun Nederlandse navolgers veel tijd om de partijen uit te zoeken: er stond niets op papier en dus moesten ze eindeloos platen draaien en luisteren welke vlucht de stemmen nemen. Daarbij kwamen hun studies aan de musicalopleiding en het conservatorium goed van pas. Zelf zingen Judith, Juta en Katrien overigens geen vaste partij: om beurten zingen ze de eerste, tweede en derde stem, 'anders wordt het zo saai'. Wat ook een rol speelt bij de sound van de Andrews Sisters is het feit dat ze familie waren: de timbres van hun stemmen sluiten heel natuurlijk op elkaar aan. Judith: 'Wij komen uit verschillende delen van het land, en we moeten dus eindeloos oefenen om het als één stem te laten klinken.' Wat de Andrews Sisters verder nog hielp was het geldgebrek in de jaren veertig: platen werden met één microfoon opgenomen. Bij duetten stond Bing Crosby aan de ene kant, de drie zusters aan de andere kant. Maxene zei daarover dat de stemmen dan vanzelf naar elkaar toetrekken en boven zichzelf uitstijgen. Nummers werden in die tijd bovendien in één keer op de plaat gezet omdat er nog geen recorders bestonden waarop alle partijen apart werden ingezongen. Ook dat zorgt voor hun krachtige en frisse geluid. De Andrews Sisters waren de eersten die big-bandmuziek zongen, zoals bijvoorbeeld het nummer waarnaar hun navolgers zich hebben vernoemd: In the mood, een compositie van Glenn Miller. Maar ze speelden ook boogie woogie, polka, ballads, jazz, calypso, folk, dixieland en country-and-western. Ze maakten uitstapjes naar volksmuziek uit alle delen van de wereld: jiddisch, Spaans, Duits, Zuid-Amerikaans, Tsjechisch, Russisch. Het bleek een gouden greep om de muziek van de oorspronkelijke immigranten te voorzien van een onvervalste Amerikaanse stijl. Cross-over heet dat tegenwoordig, maar in die dagen werd dat nog international style genoemd. Ook de Andrews Sisters zelf hadden nog sterke Europese wortels: vader Peter was geboren in Griekenland, moeder Olga was een Noorse. Die afkomst verklaart een deel van hun enorme inzet tijdens de oorlog. Ze traden op voor troepen met verlof, soms vijf keer per dag, en voorafgaand aan de optredens gingen ze steeds eten met drie willekeurig gekozen soldaten. Ze traden ook op voor gewonden en voor de vrouwen die in de munitiefabrieken werkten. In de zomer van 1945 werden ze naar Italië gevlogen, achter de troepen aan. De legerleiding stelde één voorwaarde: de legeruniformen waarmee ze bekend waren geworden in de film Buck Privates, moesten ze thuis laten want de jongens aan het front wilden eindelijk wel weer eens elegante vrouwelijkheid zien. 'Rum and Coca Cola' was het favoriete nummer van de soldaten, een calypso-nummer waarover de legertop juist de wenkbrauwen fronste. Niet vanwege de sluikreclame voor Coca Cola - dat was in die tijd heel normaal - maar omdat de indruk werd gewekt dat soldaten zich in Trinidad overgaven aan drank en vrouwen. Wat ze natuurlijk ook het liefste deden, als ze de kans hadden gekregen. De Schotse gasten van vanavond geven daarvan ook blijk: de whisky vloeit rijkelijk en de gastvrouwen bij wie ze zijn ondergebracht, hebben af en toe moeite om hun avances af te weren. Tijdens de derde set van de band wil de 83-jarige John Park als dank een Schots volkslied zingen met de band. Dat mag, en terwijl hij met onvaste stem de melodie zingt, improviseert de band de begeleidende muziek. 'Gewoon wat sleepakkoorden gebruiken', vertelt pianist Abel Bakema later. Met zijn zwoele stem verzorgt Bakema de partij van Bing Crosby in duetten als 'Don't Fence Me In'. John Park krijgt een donderend applaus voor zijn lied, maar als de volgende Schot het podium op wil wankelen, neemt de band de touwtjes weer in handen. Vriendelijk wordt hij in een stoel gezet en toegezongen door de drie zangeressen, toevallig is net het nummer 'He is just a gigolo' aan de beurt. De oude Schot glundert van oor tot oor: drie mooie, jonge vrouwen die speciaal voor hem zingen, it’s paradise.
Taal / Language
Boeken
- Leven onder het luchtruim
- Bouw in de buurt – Leidraad voor Nederland
- Slim Zand – Hoe ASML verscheen in Veldhoven
- Asfaltreizen – Een verkenning van de snelweg
- Binckhorst Magazine
- De marktgids voor Amsterdam
- De mobiele stad – Over de wisselwerking van stad, spoor en snelweg
- De Ronde van U.
- De vierkante meter
- Eigen baas – Kort & krachtig
- Eindhoven Hoofdstad
- Groeten uit Vinexland
- Handboek Eigen Baas (gratis)
- Het land van Lely – Reisboek in 103 stukken
- Kruispunt Utrecht
- Kunstwerken & Kunstwerken
- Lelysteden – Een associatieve reisgids
- Naar een alzijdig station
- Onder Weg!
- Ruimte voor de Amsterdamse binnenstad
- Snelweg x Stad
- Stedelijke vraagstukken, veerkrachtige oplossingen
- Streetwise Rotterdam
- Turtle 1 – De auto uit Afrika
- Wij zijn goed
Kranten en tijdschriften
Projecten
Onderwerpen
Series
- De kust
- De lunch
- De markten van Amsterdam
- De mobimens
- De telefooncel
- Dossier A2
- Dossier A4
- Dossier A10
- Dwars kijken
- Expats
- Fietsverkenningen zuidwestflank Amsterdam
- Get your kicks on the E3
- Groeten uit Vinexland
- Het ontwerp
- Het product
- IJ-tje
- Na dato
- Noord-Amsterdam
- Poldernormen
- Rond Brussel
- Sloop
- Stedenatlas
- Strijd om de ruimte
- Tand des tijds
- Turtle 1
- Wat doet dat daar
- Weststrook
- Zinloze mobiliteit
Trefwoorden
- Aids
- Amsterdam
- Architectuur
- Auteursrecht
- Auto
- Bajes
- Bedrijventerrein
- Berlin
- Bos en Lommermarkt
- Brussel
- China
- Corona
- Drugs
- Eindhoven
- Fietsen
- Ghana
- Groot-Amsterdam
- India
- Luchthaven
- Markt
- Monumenten
- Ontwerpen
- Openbaar Vervoer
- Openbare ruimte
- Psychiatrie
- Reclamemasten
- Rotterdam
- Schiphol
- Shopping
- Snelweg
- Teksten voor fotoboeken
- Toerisme
- Veiling Aalsmeer
- Veldhoven
- Verboden toegang
- Verrommeling
- Vinex
- Wegen