De zen van het bewegen

PublicatieNRC Handelsblad, 16 september 2008
BeeldTijs van den Boomen

‘Waar gaan we dan naartoe?’ wilde ik weten toen Petertje vertelde dat we met zijn ouders gingen toeren. ‘Gewoon, een beetje rondrijden.’ Zelden heb ik me misplaatster gevoeld dan die middag op de achterbank van de witte Mercedes.

‘Wat gaan we morgen doen?’ vroeg ik het vriendje bij wie ik een week uit logeren was gestuurd toen mijn ouders op vakantie gingen. ‘Toeren’, zei Petertje met een mengeling van verbazing en ergernis. Morgen was het zondag en dat je dan ging toeren, dat wist toch iedereen. ‘Maar waar gaan we dan naartoe?’ wilde ik weten. ‘Gewoon, een beetje rondrijden.’ Zelden heb ik me misplaatster gevoeld dan die middag op de achterbank van de witte Mercedes.
Het duurde veertig jaar voor ik er de lol van inzag: het landschap dat langzaam aan je voorbijtrekt, steeds anders en altijd hetzelfde, de lucht erboven, de snelheid die zozeer op stilstand lijkt, de perspectieflijnen van de polder, filemeldingen die niet voor jou bestemd zijn. Peter, als je dit nu leest: ook ik onderga inmiddels de zen van het bewegen.
De geruststellende werking van beweging is ook ontdekt door kunstenaars Hellings en Dröge Wendel. Voor demente bejaarden ontwierpen ze een treincoupé: je neemt plaats in een van de zes luxe stoelen en op filmschermen in de vorm van vensters zie je een treinreis door een polderlandschap. Het is een prachtige dag: witte stapelwolken zeilen door de blauwe lucht, er grazen koeien en schapen, hier en daar passeer je een stolpboerderij en bosschages. ‘Soms staan die bosjes er echt, maar we hebben ze ook gebruikt om lassen in de films te maskeren’, vertelt Lino Hellings. ‘We wilden namelijk een zo algemeen mogelijke treinreis, specifieke herkenningspunten leiden slechts af.’
Het kost me moeite om m’n aandacht bij haar uitleg te houden, mijn gedachten dwalen af, blijven haken aan een schuurtje, volgen de wijkende lijnen van sloten. Dit is slaap-tv voor gevorderden, een verbeterde versie van Die schönsten Bahnstrecken der Welt, die al sinds 1998 ’s nachts worden uitgezonden op de Duitse zender ARD. ‘Dementen en niet-dementen zijn hier gelijk. Het landschap roept geen enkele vraag op, dus iedereen snapt er evenveel van’, hoor ik Hellings zeggen.
De treincoupé blijkt dementen die dwangmatig weg willen lopen – ‘Ik moet naar huis, mijn man wacht op me’ – te kalmeren, maar ook bezoekers en verzorgsters zitten er graag. Sinds de opening eind juni hebben al drie instellingen belangstelling getoond. Maar waarom je beperken tot verpleeghuizen? Ik zou thuis ook wel zo’n installatie willen hebben, maar dan wel een waarbij je zelf trajecten kunt uitkiezen: een rit over de dijken langs de Waal, de weg naar Santiago de Compostella, de route van de Tour de France.
Die laatste kun je nu al zien via de functie Street view van Google Maps. Met de cursor kun je aangeven welke kant je op wilt rijden en kun je 360 graden om je heen kijken. Maar de kwaliteit is zeer matig: het zijn losse foto’s die achter elkaar worden geplakt en dat heeft met de kick van autorijden net zo veel te maken als lekker eten met een diepvriesmaaltijd.
Betere papieren heeft Tele Atlas, het bedrijf dat onder andere de informatie levert voor TomTom. Zij sturen al jaren mobile mapping vans op pad die alle wegen, straten en stegen van Europa gemiddeld tweemaal per jaar filmen. Technisch is het mogelijk om elke willekeurige route samen te stellen, zegt woordvoerder Dirk Bosmans, alleen zijn dan waarschijnlijk niet alle stukken in hetzelfde seizoen opgenomen. Maar als ik me houd aan de routes van de vans, dan zijn de omstandigheden wel constant.
Hoe leuk Bosmans het idee ook vindt, voorlopig geeft Tele Atlas de beelden niet vrij. Misschien wacht het bedrijf tot de brandstofprijzen zo sterk zijn gestegen dat het lucratief wordt om virtuele reizen aan te bieden. Als het zo ver is nodig ik Peter een keer uit om bij mij thuis te komen toeren.
 

Gerelateerde artikelen