Enschede

PublicatieNRC Weekblad, 19 december 2009
BeeldLeefbaarometer.nl

Het gaat goed met Enschede, de stad scoort bovengemiddeld. Opvallend is dat de ‘matige’ gebieden zeer verspreid liggen. Dat Velve-Lindenhof is aangewezen als Vogelaarwijk wordt niet ondersteund door harde leefbaarheidgegevens.

 

Het voormalige centrum van de textielindustrie doet het over de hele linie redelijk goed. In 2008 was er nog maar een klein vlekje over met een ‘negatieve’ leefbaarheid, daar woont 0,1 procent van de bevolking. Tien jaar eerder kampte nog 1,4 procent met zo’n leefbaarheid. De vooruitgang is ook groot als je kijkt naar de mensen in gebieden met de score ‘matig’, dat aantal halveerde en dat is vijftien procentpunt beter dan het Nederlands gemiddelde.
Opvallend is de grote spreiding van de gebieden met een ‘matige’ leefbaarheid, je vindt ze overal in de stad en zelfs in het centrum. Het gebiedje rond de Parallelweg, vlakbij het station, kende het afgelopen decennium zelfs een ‘beperkt negatieve ontwikkeling’ door de verslechtering van veiligheid en bevolkingssamenstelling. Dat is opmerkelijk gezien de krachtige ontwikkeling van stadscentra elders in het land.
Gebieden met een ‘matige’ leefbaarheid ontbreken bijna helemaal in Velve-Lindenhof, de enige Vogelaarbuurt van Enschede. Dat ligt aan de ‘beperkt positieve ontwikkeling’ van dat gebied, maar vooral aan het feit dat het er de afgelopen tien jaar sowieso al redelijk goed gesteld was met de leefbaarheid. Voor de achterstandslijst waren buurten in het zuiden van Enschede als Boswinkel-De Braker en vooral Cromhoffsbleek-Kotman veel meer in aanmerking gekomen: daar vond je in 1998 clusters met een ‘negatieve’ leefbaarheid.
Ook zonder extra aandacht maakten deze clusters een ‘beperkte’ en sommige zelfs een ‘grote positieve ontwikkeling’ door. Dat geldt niet voor de Wesselerbrink Noord-West, flinke delen daarvan maakten een ‘beperkt negatieve ontwikkeling’ door zodat je in deze buurt rond de Pollenbrink nu het enige stukje Enschede vindt met een ‘negatieve’ leefbaarheid. In 2006 was de leefbaarheid zelfs korte tijd ‘zeer negatief’. Verslechtering van de veiligheid, sociale samenhang, bevolkingssamenstelling en publieke ruimte spelen de Pollenbrink en omgeving parten, de verbetering van de voorzieningen weegt daar niet tegenop.