Plattelandskrakers

PublicatieNRC Handelsblad, 17 januari 2011
BeeldPeter Jonker

Niet alleen de grote steden kampen namelijk met krakers, ook dorpen en provinciesteden hebben last van mensen die zich de bezittingen van anderen wederrechtelijk toe-eigenen. Hier gebeurt het alleen veel meer in het geniep.

Kunnen we op basis van de anti-kraakwet, die per 1 oktober van kracht werd, op het platteland een golf van ontruimingen verwachten? Gewelddadige opstootjes van Veendam tot Maassluis? Niet alleen de grote steden kampen namelijk met krakers, ook dorpen en provinciesteden hebben last van mensen die zich de bezittingen van anderen wederrechtelijk toe-eigenen. Hier gebeurt het alleen veel meer in het geniep.

Het gaat meestal om kleine stukjes, een paar vierkante meter hier, een tiental vierkante meters daar. Mensen verzetten de piketpaaltjes en trekken zo’n strook stiekem bij hun tuin. Sinds de zomer schiet het Kadaster gemeentes te hulp door actuele luchtfoto’s te projecteren op de kadastrale kaarten die de officiële eigendomsverhoudingen tonen.
Volgens een gangbare definitie gaat het om ‘een groenstrook, grenzend aan een particuliere koopwoning, die in eigendom is van de gemeente, geen openbare functie (meer) heeft en geen noemenswaardige meerwaarde levert aan de beleving van de woon- en leefomgeving’. Soms wordt er een maximumgrootte gehanteerd van 30 tot 100 vierkante meter, maar niet altijd. Zo verkocht het Zuid-Hollandse dorp Abbenbroek twee jaar geleden een park ter grootte van een flink voetbalveld als snippergroen. En Almere, dat met hulp van het Kadaster al 350 overtreders opspoorde, ontdekte dat niet alleen huiseigenaren hun hekje verder het groen in schuiven. Woordvoerder Geene: ’Er zijn bedrijven die op een industrieterrein extra parkeerplaatsen aanleggen op openbare grond.’ In dat laatste geval treedt de gemeente hard op.
Een speurtocht in gemeentelijke nota’s maakt duidelijk dat lokale overheden meestal echter weinig kunnen doen tegen de krakers: handhaving kost simpelweg te veel tijd. En omdat de ‘onrechtmatige ingebruikname’ verjaart als de kraker kan aantonen dat hij ‘gedurende een periode van twintig jaar de feitelijke macht over een perceel grond heeft uitgeoefend’, worden grondstukken onder het mom van administratieve opschoning steeds vaker te koop aangeboden aan de krakers. Bijkomend voordeel is dat de gemeente het onderhoud dan niet langer hoeft te betalen.
Rekent Utrecht – dat als enige grote stad een snippergroenbeleid heeft – daarbij minimaal de reële vaste administratieve transactiekosten van 2.896 euro, de kleine steden en de dorpen hanteren dumpprijzen. Een greep uit de tarieven: in het Friese Wymbritseradiel betaal je voor de vierkante meters die binnen anderhalve meter van de perceelgrens liggen slechts een kwart van de grondprijs, in Hoorn kost een vierkante meter grond 30 euro en in Veendam krijg je het hele gekraakte grondstuk voor een vaste prijs van slechts 15 euro.
In Maassluis wilde het paarse gemeentebestuur aanvankelijk 400 euro per vierkante meter hebben voor het snippergroen. Onder druk van de ChristenUnie liet het bestuur de prijs voor ‘huidige snippergroengebruikers’ zakken naar 40 tot 225 euro per vierkante meter. Bovendien kregen deze krakers tijdens een overgangsperiode van vijf jaar ook nog eens 25 procent korting.
Kraken op het platteland loont dus, je krijgt zelfs steun van de gevestigde politiek. En dat is niet zo vreemd: het gaat bijna altijd om mensen met een koopwoning die een stuk bij hun tuin trekken. De krakers op het platteland behoren dus zelf tot de bezittende klasse. Je ziet al een spandoek op zo’n gekraakt stukje groen staan: ‘Jullie rechtstaat is de onze’.