‘Stuur staatssecretaris Zijlstra een mooi literair boek, een cd of een theaterkaartje, en motiveer het belang van kunst en cultuur in een bijgesloten brief.’ Die oproep doen Gaston Franssen, docent moderne Nederlandse literatuur aan de Universiteit van Amsterdam, en Anneke Jansen, coördinator van het Amsterdam Fringe Festival. Ze vragen een afschrift van de brief voor hun weblog watonderneemthalbezijlstra. Alleen ‘brieven op niveau’ zullen worden geplaatst, want het gaat erom Zijlstra ‘geduldig de kracht en de waarde van cultuur uit te leggen’.
‘De regering wil de kloof met burgers verkleinen, op die uitnodiging gaan we graag in’, zegt Franssen. ‘Dit is een positieve actie om de bezuinigingen op cultuur aan de kaak te stellen. Immers, we weten dat Zijlstra graag leest en dat hij ervan overtuigd is dat kunst en cultuur bijdragen aan een “vrije en vitale samenleving”, zoals te lezen valt op zijn persoonlijke pagina. We willen hem dus graag helpen.’
Inspiratie deed Fransen op door de actie van de Canadese schrijver Yann Martel, die zijn premier sinds 16 april 2007 elke twee weken een boek met een toelichtende brief stuurt. Niet om hem op te voeden, dat beschouwt Martel als aanmatigend, maar om hem kennis te laten maken met de stilte.
Zelf deed Fransen de aftrap door Zijlstra de verzamelbundel Awater van Martinus Nijhoff te sturen. In de begeleidende brief schrijft hij: ‘De poëzie, zei Nijhoff ooit, moet “voor de toekomst werken, dat wil zeggen zich de toekomst als reeds bestaand indenken en daar als het ware voor de menselijke ziel kwartier maken”. Wie snijdt in poëzie, kunst en cultuur tast dus de ziel van de hele samenleving aan. Ik denk dan ook dat “Awater” u zal aanspreken. En zegt u nou zelf: “kwartier maken voor de menselijke ziel” – is dat geen indrukwekkende vorm van ondernemerschap?’