Natuurlijk de grachten zijn mooi, net als plan Berlage en de Amsterdamse School, en voor de liefhebber zijn er wandelingen door Nieuw-West en de Bijlmer. Maar wat doe je als het allemaal al eens hebt bewandeld en je het nieuwe jaar toch energiek wilt beginnen? De stad dan maar uit, de natuur in?
Het Amsterdamse Bos, het Twiske, heen en weer langs de Amstel: allemaal leuk en aardig, maar de keuze blijft beperkt. Bloem dichtte in De Dapperstraat al: ‘En dan, wat is natuur nog in dit land. Een stukje bos, ter grootte van een krant.’ Gelukkig gaf hij ook een vingerwijzing: ‘Geef mij de grauwe, stedelijke wegen’.
Bloem schreef deze regels aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, sindsdien is de stad uit haar voegen gebarsten. ‘Zijn’ Dapperstraat is anno 2025 aan de rand van de stad vinden, bijvoorbeeld bij knooppunt Diemen.
Bushalte Diemerknoop
Neem op station Amstel bus 320 (Hilversum), 322 (Almere Parkwijk) of 327 (Almere Haven) en ga vooral voorin zitten, dan zie je Amsterdam meteen al op een heel andere manier. Het begin heeft nog wel iets vertrouwd stedelijks: je rijdt over de Hugo de Vrieslaan en dan via de Middenlaan langs de Oosterbegraafplaats, Betondorp en het verdwenen Ajax-stadion. Maar vanaf de ring A10 wordt het menens: tussen hoge glazen geluidsschermen draait de bus bij knooppunt Watergraafsmeer de A1 op, voegt meteen bij afslag IJburg uit en rijdt dan verder over de parallel aan de snelweg lopende vrije busbaan. Na precies 11 minuten stap je uit bij bushalte Diemerknoop.
Je kijk de bus na en voor je gevoel is er maar één manier om hier weer weg te komen: wachten tot er een andere komt. Dit is namelijk een ‘openbaar vervoersknooppunt’, jargon voor een verdeelpunt van regionale buslijnen. Geen paniek, het is wel degelijk ook het startpunt van een wandeling van acht kilometer.
Maquette
Aan de overkant moet je het fietspad naar het westen nemen, maar ja, dit is een snelwegknoop, dus om daar te komen moet je eerst een stukje de verkeerde kant op, in de richting van de witte boogbrug in de verte. Steek over via drie verkeerslichten, loop langs het fietspad over een trottoir dat precies één tegel breed is en na driehonderd meter staan er weer verkeerslichten.
Deze wijk is fascistenvrij! vermeldt een sticker naast de knop om groen licht te krijgen. Aan de overkant is het trottoir verdwenen, en er mogen dan misschien geen fascisten zijn, maar wel fatbikes, racefietsen en pedelecs die zich naar de Bijlmer haasten, dus het is verstandig om links te lopen, dan zie je ze tenminste aankomen.
Het fietspad loopt parallel aan een invoegstrook, gaat via een viaduct een uitvoegstrook over en duikt dan een tunnel in onder de A1 door. Overal om en over je heen rijden auto’s, en toch is het relatief stil, alsof de herrie over je heen wordt geblazen. De bekkens voor waterberging aan weerszijden van het fietspad hebben een fraaie druppelvorm en samen met de hoogspanningsleidingen, een lichtreclame en de bruggen in verte geven ze je het gevoel dat je in een reusachtige maquette staat waarmee Rijkswaterstaat zijn kunnen demonstreert. Wellicht komen er nog vier windturbines van 145 meter hoogte bij, want dit is een van de zoekgebieden voor windenergie.
Een driedelige knoop
Je loopt nu in het meest complexe knooppunt van Amsterdam en misschien wel van Nederland, want hier kruisen niet alleen twee snelwegen, de A1 en de A9, maar ook nog een spoorlijn, een kanaal en een trekvaart.
Het begon halverwege de zeventiende eeuw heel bescheiden met de Muidertrekvaart, ruim twee eeuwen later werd de Oosterspoorweg aangelegd en twee decennia daarna kwam het Merwedekanaal, de voorloper van het Amsterdam-Rijnkanaal, erbij. Lang waren drie bruggen voldoende om het verkeer af te wikkelen, maar toen in 1972 de latere A1 gereedkwam en tien jaar daarna de A9 dreigde alles in de knoop te raken.
De eerste oplossing was nog relatief simpel: een eenvoudige ‘trompetknoop’ zorgde dat je van de A9 op de A1 kon komen en omgekeerd. Maar het verkeer nam toe, vooral door de groei van Almere, en dus moesten de wegen worden verbreed. En er kwam nog een probleem bij: de nieuwe wijk IJburg moest ook een aansluiting krijgen.
Er zijn verschillen soorten oplossingen voor snelwegknopen, naast de al genoemde trompetknopen zijn er klaverbladen, klaverturbines en sterturbines, maar geen enkele standaardoplossing bood hier soelaas en dus zat er niets anders op dan de knoop te ontwarren in drie delen en een extra brug over het kanaal aan te leggen, de Betlembrug. Na vier jaar bouwen was het driedelige knooppunt in 2017 klaar.
Groene Oase
Na de tunnel onder de A1, die de naam van de lokale natuurgids Dick Dijkman draagt, betreed je de groene zone tussen de snelweg en het spoor. Vroeger liep hier de Muidertrekvaart, maar bij de aanleg van de trompetknoop is dit deel gedempt. Links en rechts zie je nog wel restanten van de middeleeuwse polder waar ze doorheenliep, de Gemeenschapspolder. Dit is een van de weinige resterende uitzichten die Nescio, de grote natuurliefhebber die veel rondzwierf aan de oostkant van Amsterdam, in zijn tijd nog met eigen ogen moet hebben gezien.
Dan onder het spoor door via een tunnel, die is versierd met een reeks rennende stripfiguren. Dit tamelijk onbekende werk van de straatartiesten van Kamp Seedorf brengt een saluut aan onder andere Joop Klepzeiker, Donald Duck en Cowboy Henk. En dan sta je ineens in een bos. Een bos? Ja, een heus bos, want al is het Diemerbos pas midden jaren negentig aangelegd, na dertig jaar reiken de bomen al aardig tot in de hemel. Bij de aanleg bleek bovendien dat een bos hier minder vreemd is dan je aanvankelijk zou denken: in het veen werden restanten van millennia oude eiken gevonden, ooit lag hier een oerbos dat zich uitstrekte tot Vinkeveen.
Sla, als je goede schoenen hebt, meteen linksaf over een houtsnipperpad, loop anders een stukje door over het asfalt en sla op de kruising linksaf en vervolgens langs Het Banjerbossie, een speelplek voor kinderen. Beide routes leiden door het ruisende bos naar een volgende tunnel, deze keer onder de A9 door. Je staat nu in het zuidelijk deel van het Diemerbos, dat minder op recreatie is gericht en meer op natte natuur.
Volg het gravelpad en rechts opent zich het landschap met mooie doorkijkjes en zelfs een bankje: dit deel van de oude Gemeenschapspolder is midden jaren negentig met draglines en bulldozers deels onder water gezet en is dus het groene broertje van het betonnen knooppunt.
Sla bij het kanaal linksaf en na de dubbele stalen spoorbrug weer links. Loop via een haarspeldbocht naar het fietspad dat aan de brug is vastgelast en geniet van het fenomenale uitzicht. Het staat in elke reisgids over Amsterdam: vanaf de hoek van de Reguliersgracht en de Herengracht kun je zeven bruggen tegelijk zien. Welnu, hier zie je er maar drie, maar die zijn wel een stuk imposanter: helemaal links het topje van de witte boogbrug naar IJburg, recht voor je de kokerliggerbrug van de A9 en daartussen de twee schuine betonnen kolommen waaraan de brug van de A1 hangt. Kijk naar rechts en je ziet een stukje Amsterdam in aanbouw: in de Bloemendalerpolder nadert de wijk Weespersluis haar voltooiing.
Loop langs het kanaal in de richting van de drie bruggen. Wie niet terugschrikt voor een extra lus van ruim vier kilometer slaat voor de eerste brug rechtsaf en loopt langs de A1 naar het oosten tot de Papelaan. Maar wees gewaarschuwd, dat is best een lang saai stuk en je moet aan de andere kant van de snelweg ook weer terug.
Makkelijker is het om na de tweede brug rechtsaf te slaan en langs het deel van de Muidertrekvaart te lopen dat de aanleg van het knooppunt wel heeft overleefd. Het is een bizar decor waar je doorheen komt: aan je rechterhand het massieve dijklichaam van de A1, links een lange rij schuttingen, coniferen, schuurtjes en andere bouwsels waarachter de woonboten in de trekvaart zich hebben verschanst.
Aan het einde linksaf, de Pampusweg op, en opnieuw biedt het landschap een compleet andere aanblik. Rechts zie je op nog geen honderd meter afstand de oude Diemerzeedijk kronkelen, een van de favorieten van Nescio, maar voor romantische uitweidingen is geen plaats, je moet naar links, het grote parkeerterrein van Maxis Muiden op.
Begin jaren zeventig, toen de A1 net klaar was, kocht het Bijenkorfconcern hier een stuk grond van ruim zes hectare. De stad was ouderwets, de toekomst was aan de snelwegen en daar hoorden reusachtige winkels aan de rand van de stad bij en dus kwam hier, naar Amerikaans en later Frans voorbeeld, de eerste hypermarché van Nederland.
Een succes werd het niet, maar wat er eenmaal staat krijg je niet zomaar weg, dus werd het uiteindelijk een gewoon winkelcentrum met de gebruikelijke ketens als Albert Heijn, C&A en Hema. Deze ‘weidewinkel’ frustreert nog altijd de ontwikkeling van het winkelaanbod van IJburg, Diemen en Muiden.
Steek de bijna een halve kilometer lange parkeerplaats over, waar de inwendige mens onder andere met hamburgers, sushi, patat en haring kan worden versterkt, sla aan het einde rechtsaf en loop langs de achterkant van de Maxis terug. Aan de wulps gebogen stalen dakrand kun je zien waarom het gebouw bij de oplevering de Nationale Staalprijs won.
Sla linksaf en je komt bij een weg die tussen de elektriciteitscentrale (rechts) en twee transformatorstations (links) voert en waarover Amsterdam en Diemen jarenlang hebben gebakkeleid. Omdat Diemen geen sluipverkeer wilde, liet het dorp de weg in 2014 afsluiten, waardoor IJburgers tot eind 2020 zes kilometer moesten omrijden om bij Maxis te komen.
Het zoemen van de hoogspanningsleidingen en transformators geeft het laatste stuk van de wandeling een passende soundtrack. Einde links, de Uyllanderbrug over, die vernoemd is naar een poldertje dat is verdwenen onder de centrale, en je staat weer bij bushalte Diemerknoop. Elf minuten later ben je terug in op station Amstel.
> Op zoek naar meer? Tien knooppuntwandelingen rond Amsterdam
De overgangszone tussen stad en platteland wordt gedomineerd door snelwegen, viaducten en fly-overs, en toch kun je hier volgens stadsonderzoeker Tijs van den Boomen uitstekend wandelen: ‘Het is een wereld vol contrasten, en het is er bovendien opvallend groen en relatief stil.’
Hij nam de snelwegknooppunten rond Amsterdam als uitgangspunt en zette voor elke knoop een route uit. De grote verscheidenheid die hij aantrof verraste hem: ‘Vanuit de auto besteed je er nauwelijks aandacht aan, maar te voet blijken ze allemaal een eigen karakter hebben. Zo staat knooppunt Badhoevedorp in het teken van Schiphol, vind je onder het viaduct van Sloterdijk de meeste tentjes van daklozen en heeft Watergraafsmeer niet alleen twee stations maar ook veel volkstuinen.’ Voor mensen die twijfelen of zo’n wandeling wel leuk is, geeft Van den Boomen knooppunt Amstel als tip: ‘Dat is een instapmodelletje, dat goeddeels door erkende groengebieden voert.’
De tien wandelingen zijn hier te vinden. Het startpunt is altijd goed met het ov bereikbaar, de routes hebben een lengte van vijf tot elf kilometer (en soms is er onderweg een uitspanning).
Korte beschrijvingen van de wandelingen vind je hier ook op deze site.